De technische kennisbank

Installatieautomaat

Sluiten Sluiten

• Installatieautomaten noemt men ook wel maximumschakelaar, zekeringsautomaat of kortweg automaat
• Toegepast in huisinstallaties
• Toegepast in industriële één- en driefasen installaties, verdeelinrichtingen en schakelkasten
• Komen meestal voor in ketens met een hogere spanning
• Ook toegepast als overstroombeveilging in stuurstroomcircuits (bijvoorbeeld 24 VDC)

Installatieautomaat

Sluiten Sluiten

• Installatieautomaat schakelt uit bij overbelasting en kortsluiting
• Het overbelastingsgedeelte is een bimetaal
• Het kortsluitgedeelte is een spoel die aantrekt bij een bepaalde, door de fabrikant, bepaalde stroomwaarde
• Trage thermische uitschakeling, het bimetaal moet eerst opwarmen
• Onmiddelijke uitschakeling bij kortsluiting
• Bedieningshefboom geeft aan of de automaat werd aangesproken

• De spoel wordt bekrachtigd waardoor het uitschakelmechanisme wordt bediend
• De interne vlamboog dooft in de bluskamer

Benamingen installatieautomaat

Sluiten Sluiten

1. Eerste aansluitklem
2. Stroomspoel
3. Vaste contact
4. Beweegbare contactbrug
5. Soepele geleider
6. Bimetaal
7. Tweede aansluitklem
8. Bedieningshefboom
9. Regelschroef (vast ingesteld door fabrikant)
10. Uitschakelmechanisme
11. Buitenste vlambooggeleider
12. Binnenste vlambooggeleider
13. Vonkkamer
14. Blusplaten
15. Railhaak (voor montage)

Codering installatieautomaat

Sluiten Sluiten

• Nominale spanning: Un 230 / 400 V~
• Nominale stroom In = 16A
• Uitschakelkarakteristieken: B
• Frequentie 50 / 60 Hz
• Nominale kortsluituitschakelvermogen:10 kA 

Selecteren karateristiek

Sluiten Sluiten

Om te laat of onnodig aanspreken zijn er automaten met verschillende uitschakelkarakteristieken:                                                                       

•      B-Type: normale belasting
•      C-type: handgereedschap
•      D-type: lastrafo’s
      (vergelijkbaar gereedschap)
•      K-type: trafo’s
•      Z-type: elektronica

Selecteren uitvoeringensvorm

Sluiten Sluiten

• 1P+N-automaat; eenpolig met afschakelbare nulleider (huisinstallatie)
• 2P-automaten; tweepolig met in elke pool een set overstroombeveiligingen
• 3P-automaten; drie polen met drie sets overstroombeveiligingen
• 3P+N-automaten; drie sets overstroombeveiligingen, één afschakelbare nulleider

Selecteren type installatie(norm)

Sluiten Sluiten

• Huisinstallaties: norm NEN-EN 60898
• Industriële toepassingen: norm NEN-EN 60947-2
• Uitschakelkarakteristiek van beide groepen verschilt
• Bij industriële automaten toegestane leidinglengte soms groter